Iedereen heeft tunnelvisie
““The real act of discovery,” Marcel Proust wrote, “consists not in finding new lands but in seeing with new eyes.”
Taylor beschrijft in het artikel The Best Leaders See Things That Others Don’t. Art Can Help hoe we vaak denken dat innovatie in nieuwe informatie of dingen zit (‘new lands’) maar dat het vaak al enorm kan helpen om een andere blik (‘new eyes’) te werpen op wat er al is.
Iedereen heeft een achtergrond, levenservaring, een opleiding, een perspectief, een wereldbeeld, allemaal zaken die beïnvloeden wat je ziet. En wat je dus ook NIET ziet. Dus al die kennis en ervaring helpt je, maar kan je ook beperken, en een obstakel vormen.
Without ever intending it, experienced leaders often allow what they know to limit what they can imagine going forward; their knowledge can actually get in the way of innovation.
Meervoudig kijken naar VUCA
Je focus ligt op bepaalde zaken en niet op andere. Daar let je niet op, daar gaat jouw aandacht niet naar uit. Met het gevolg dat je, zeker in een VUCA omgeving, belangrijke dingen mist. Want als de boel VUCA is weet je nog niet wat belangrijk is en waar je op moet letten. Dan wordt het een kwestie van toeval of mazzel, dat de relevante aspecten van het VUCA vraagstuk nu net precies binnen jouw focus liggen. Ik zou daar niet op gokken eerlijk gezegd, zeker niet als er veel van afhangt.
Het kan dan dus helpen om met mensen met verschillende achtergronden en perspectieven naar kunst te kijken en het daarover te hebben. Dan hoor je namelijk meteen wat anderen zien dat jij gemist had en daar leer je van. Je leert niet alleen over wat er nog meer te zien is, maar ook DAT er meer te zien is. De A in VUCA staat voor Ambigu, meerduidig, iets dat meerdere betekenissen heeft, dus hulp bij het ontdekken en onderzoeken van die ambiguïteit is enorm waardevol in een VUCA context. Het ontdekken van andere interpretaties van een kunstwerk is natuurlijk interessant maar het diepere leereffect zit volgens mij in het feit dat je merkt dat jij geen alziend wezen bent. Ook jouw perspectief is beperkt. Dat weet je hopelijk al wel, maar zo’n oefening aan de hand van kunst maakt het extra voelbaar.
Time after time, skilled leaders miss critical elements of a painting that send an important message, overlook signposts in a scene that speak to what’s taking place, or can’t figure out how to describe what’s right in front of them.
Focus op wat je niet ziet
Kunst is van zichzelf lekker ambigu, dus er valt veel te zien. En de kans dat anderen er iets in zien dat jij niet zag is dan ook groot. Want zoals Taylor ook aangeeft: het gaat niet eens echt om wat je ziet in het kunstwerk, maar om wat je NIET ziet. Als je je daar ook in het dagelijks leven, werk danwel privé, bewuster van bent, dan kun je ook gaan proberen expliciet ruimte te maken voor andere perspectieven en invalshoeken, voor andere inzichten en verklaringen.
Allow a different interpretation of the observation. Understand that one scene can have several plausible explanations. Avoid tunnel vision.
En dan doe je wat Proust bedoelde: je maakt ruimte voor het kijken met ‘new eyes’.
Leren kijken met nieuwe ogen
Amy Herman werkt o.a. met medici en politiemensen, om ze aan de hand van kunst beter te leren observeren en communiceren: A lesson on looking:
Visual Thinking Strategies (VTS) is een andere manier om in gesprek te gaan over kunst en zo ook beter te leren kijken en je mening te onderbouwen. In dit college laat grondlegger Yenawine een aantal voorbeelden zien:
Ambiguïteit kan leiden tot verwarring, verstoring, ongemak. Maar in de voorbeelden in deze video’s zien we dat het omgaan met ambiguïteit vaak niet alleen enorm belangrijk is om ons werk goed te kunnen doen maar dat het ook leuk kan zijn. Eigenlijk is het iets dat we vaak juist opzoeken.
Denk maar eens aan wat we grappig vinden. De meeste grappen bestaan uit 2 dingen die niet bij elkaar horen. We worden met een verhaaltje meegezogen in een bepaalde richting en de comedian maakt dan opeens een onverwachte afslag. In dit korte voorbeeldje van Ronald Goedemondt zie je meteen hoe dit werkt. Veel kunst probeert ook iets meer te zijn dan gezellig esthetisch in de achtergrond, maar probeert ons wakker te schudden of van iets bewust te maken door ons te verstoren. Volgens Arthur Koestler is dat trouwens niet alleen het geval voor de geniale komiek en kunstenaar maar net zo goed voor de geniale wetenschapper. Door gebruik te maken van ambiguïteit en verschillende betekenissen kun je mensen anders laten kijken en denken, ze een ander perspectief geven.

Je trekt mensen uit hun groef, uit wat vanzelfsprekend en een gewoonte is geworden, en dat is nou juist waardevol als we moeten dealen met VUCA vraagstukken die andere spelregels hebben en een andere manier van denken en doen vergen. Een beetje verwarring kan mensen doen stilstaan om na te denken over wat ze aan het doen zijn en waarom. Kelley heeft het over een hoger niveau van verwarring:
“We have not succeeded in answering all our problems—indeed we sometimes feel we have not completely answered any of them. The answers we have found have only served to raise a whole set of new questions. In some ways we feel that we are as confused as ever, but we think we are confused on a higher level and about more important things” (Kelley, 1951, p.2).
Juist als dingen niet meteen kloppen of helder zijn, word je gedwongen om na te denken. Je wordt even uit je routine gehaald, je moet je eigen wereldbeeld bevragen omdat er iets niet lijkt te kloppen.
Denk maar aan de verwarring als je naar een illusionist kijkt. Tilman Andris, die het werk van de goochelaar altijd prachtig koppelde aan hoe wij denken en redeneren legde het zo uit:

Wat een goochelaar doet is een aantal aannames of overtuigingen bij jou als publiek planten. Kijk, hier zijn 2 ringen, van ijzer. Het zijn volledig gesloten ringen. Ze zijn los van elkaar, kijk maar. Er wordt geen opening gemaakt in de ringen. Het metaal waar de ringen van zijn gemaakt staat niet toe dat de ene ring de ander doordringt. Ok, denk jij dan, als je dit allemaal in je hoofd hebt zitten: dit betekent dat het onmogelijk is dat die ringen nu een verbinding met elkaar aangaan. Maar uiteraard: die ringen gaan toch een verbinding met elkaar aan. Ergens klopte dus een van jouw aannames niet. Ergens heb je iets voor waar aangenomen wat niet klopte. Maar waar?
Onbewuste bekwaamheid: comfortabel maar gevaarlijk
Ik gebruik vaak een theorie over bewust en onbewust, bekwaam en onbekwaam om het belang van het bevragen van onze aannames uit te leggen.

Neem het voorbeeld van autorijden.
Toen je 3 was kon je geen autorijden, je was dus onbekwaam. Alleen: het kwam ook niet in je op dat dat überhaupt een optie was, dus je was wel onbekwaam qua autorijden maar je was je er ook totaal onbewust van (bovenin: onbewust onbekwaam).
Toen je ouder werd kreeg je op een gegeven moment door dat er zoiets bestond als een rijbewijs, rijles en theorie-examens enzo, en werd je je dus bewust van je eigen onbekwaamheid: dat jij namelijk nog geen auto kon rijden (rechts: bewust onbekwaam).
Op een gegeven moment ben je misschien rijles gaan nemen. Hier reed je wel auto, je werd dus steeds bekwamer, maar je moest nog enorm bewust stilstaan bij wat je deed: handen in die positie, NU schakelen, eerst die spiegel, dan die, en was de rem nou het linker- of rechterpedaal? (onderin: bewust bekwaam).
Je slaagde hopelijk op een gegeven moment voor je rij-examen, kreeg je rijbewijs en mocht nu voor het echie de weg op. In het begin nog steeds wel heel bewust van alles maar hoe meer je reed hoe verder je opschoof richting onbewust bekwaam (links): je was zo bekwaam dat je er niet eens meer bewust bij stil hoefde te staan, je hoefde er niet meer over na te denken. En nu kun je zelfs van A naar B rijden terwijl je mentaal presentaties in elkaar zet, podcasts luistert en nadenkt over wat je vanavond wil eten.
Het probleem is echter dat als de omgeving of situatie verandert, dat het niet zo handig is om in dat onbewust bekwame te blijven hangen. Qua autorijden: als je naar Engeland of Zuid Afrika gaat vindt iedereen het best prettig als jij je onbewuste bekwaamheden heel even parkeert en even heel bewust links gaat rijden. Blijf jij hangen in je onbewuste bekwaamheid (denk aan uitspraken als ‘ja, maar wij doen het al 30 jaar op die manier!’) en let je niet op wat er in je omgeving verandert, dan schuif je met een beetje pech door naar boven en zit je zonder dat je het doorhebt (onbewust) de totaal verkeerde dingen te doen (onbekwaam)…
Datzelfde geldt voor allerlei routines, gewoontes en vanzelfsprekendheden waar wij onbewust bekwaam in zijn geworden. In een VUCA wereld is het goed mogelijk dat die niet meer passen bij de vraagstukken waar we nu mee te maken hebben. Dus moeten we weer even heel bewust nadenken waarom we eigenlijk bepaalde dingen normaal en vanzelfsprekend zijn gaan vinden, waarom we dingen eigenlijk ‘gewoon’ zo doen. Juist als ‘de’ betekenis van dingen niet meer vanzelfsprekend is en blijkt dat er andere mogelijkheden zijn waar we wellicht nooit aan gedacht hebben, moeten we misschien even gaan nadenken. Even weer naar beneden: ons bewust worden van onze bekwaamheden. En of die nog passen bij de context waarin we ons bevinden.
Ambiguïteit vergt keuzes maken
Sommige mensen worden hier mega-geïrriteerd van, en dat snap je ook wel als je het bekijkt vanuit dat onbewust bekwaam verhaal. Alles was lekker helder, zo doen we de dingen hier, zo heet dit, zo werkt dat en zo gaat het. En nu moet je je er opeens weer bewust van worden dat het ook anders kan en moet je keuzes gaan maken. Als er meerdere opties zijn dan moet je gaan nadenken over welke jij kiest. En die keuzes zijn soms ongemakkelijk. Kijk maar naar reacties op Zwarte Piet, onschuldig flirten, genderneutrale toiletten, goedkoop vliegen, en ga zo maar door. Op allerlei vlakken worden dingen die ooit totaal vanzelfsprekend waren nu punt van discussie. Ze worden voor meerdere betekenissen vatbaar en worden door verschillende mensen verschillend geïnterpreteerd.
En dat kan ongemakkelijk zijn soms, maar het is ook ongelooflijk nodig om die nieuwe vraagstukken met nieuwe spelregels aan te kunnen. Want als jij denkt dat jouw waarheid en perspectief het beste is, is dat onhandig, dat is nog tot daaraan toe. Maar als jij denkt dat jouw waarheid en perspectief de enige zijn, dan heb je een behoorlijke tunnelvisie, waardoor alles buiten jouw bubbeltje een grote blinde vlek is waar jij je onbewust van bent. En daar gaan we de grote VUCA-vraagstukken niet mee kunnen aanpakken.
In een VUCA wereld moeten we onszelf scherp houden op waar aannames zitten die niet (meer) kloppen of die wellicht nog gaan omvallen. Hoe kan ik mezelf uit dat gebied van vanzelfsprekend en gewoonte trekken (links: onbewust bekwaam) om open en nieuwsgierig te kijken naar waar ik wellicht steken heb laten vallen? En daar kan kunst, welke vorm dan ook, ons enorm bij helpen.
Irritant en ongemakkelijk? Vast. Maar laten we wel wezen: bij comedians en illusionisten betalen we er zelfs voor om ons te laten wijzen op het feit dat we supergedwee meegingen op het pad dat zij voor ons hebben uitgestippeld om ons er vervolgens hard vanaf te duwen. Misschien kunnen we het dan in ons eigen werk ook wat vaker zelf doen want we hebben echt die nieuwe manieren van kijken, denken en doen nodig als de spelregels veranderen.
Geef een reactie